Wordt de wettelijke huurbescherming (verder) ingeperkt?

Verhuurders en huurders van woonruimte krijgen – opnieuw – meer ruimte voor flexibiliteit. Althans als het aan de minister ligt. In een recent wetsvoorstel worden de sinds 2015 bestaande mogelijkheden van tijdelijke verhuur opgerekt.

woonruimte

Momenteel kunnen tijdelijke huurcontracten van 2 jaar (zelfstandige woningen) en 5 jaar (onzelfstandige woningen/kamers) of korter worden afgesproken. Dit is geregeld in artikel 7:271 lid 1 BW. In de nieuwe situatie mogen huurders en verhuurders van zelfstandige woonruimte een tijdelijke huurcontract sluiten van maximaal 3 jaar. Tevens wordt de mogelijkheid geïntroduceerd een minimumduur af te spreken.

Bovendien kan volgens het wetsvoorstel het tijdelijke huurcontract tussentijds eenmalig worden verlengd. En wel tot 3 jaar (zelfstandige woningen) en 5 jaar (onzelfstandige woningen/kamers). Nu kan dat niet. Bij voortzetting van het tijdelijke huurcontract ontstaat automatisch een huurcontract voor onbepaalde tijd, met alle huurbescherming voor de huurder.

Tijdens de coronacrisis is een tijdelijke wet ingevoerd. Zo werd mogelijk om tijdelijke contracten te verlengen zonder dat het tijdelijke karakter van het huurcontract verloren ging.

Er zijn meer situaties waarin dit soort maatwerk geboden is. Denk aan tijdelijke verhuur na een scheiding, of aan tijdelijke verhuur aan arbeidsmigranten of internationale studenten. Ook is gedacht aan mensen die langer nodig hebben om permanente woonruimte te vinden nadat zij zijn uitgestroomd uit de maatschappelijke opvang. Of de starters die beginnen met een huurwoning en daar willen blijven tot ze een koophuis hebben gevonden. In al deze situaties is vooraf niet in te schatten wat de noodzakelijke duur van het tijdelijke huurcontract moet zijn.

Het wetsvoorstel maakt het vanaf 1 april a.s. mogelijk dat huurders en verhuurders de tijdelijke huurovereenkomst voor een periode onder dezelfde voorwaarden verlengen, zonder dat het leidt tot een contract voor onbepaalde tijd. De minister verwacht dat de mogelijkheid van deze tijdelijke huurcontracten beter aansluit bij de behoefte in de praktijk. Meer flexibiliteit en maatwerk lijken toverwoorden. Voorstanders van huurbescherming vrezen dat de positie van huurders verder wordt uitgehold. Verhuurders ervaren deze bescherming wellicht als te rigide en zullen juist blij zijn met extra armslag. Hoe het ook zij, het huurrecht is volop in ontwikkeling.